Onlangs kreeg ik verlate verjaardagspost van het Rijksinstituut
voor Volksgezondheid en Milieu. Ik weet niet precies wáár ze het idee vandaan
hadden, maar ze zeiden dat ik naar de huisarts moest voor een klein
onderzoekje. Aangezien ik 40 jaar was geworden. Nou. Dat was gek. Dat was even
volledig aan me voorbij gegaan. Ghe! Er stond geen gefeliciteerd en zelfs niet
eens een vrolijke ballon in de brief.
Naast het toch al
minder gezellige verzoek, vond ik dat ook een beetje teleurstellend. Maar goed.
Ik ben een gevoeglijke en grote meid dus ik maakte meteen een afspraak bij de
huisarts. IK HAD ER ZIN IN!!*
Dus daar ging ik.
Vorige week. Het mooie is, althans dat vind ik dan, dat de praktijk van mijn
huisarts in mijn oude buurtje ligt. Ik kom er nog nauwelijks maar er doorheen
fietsend, is het een aaneenschakeling van jeugdherinneringen.
Allereerst fietste
ik langs het huis waar ik van mijn 12e tot begin 20 heb gewoond.
Mijn moeder leerde
mijn ex-stiefvader kennen toen we in Roermond kwamen wonen en zij besloten had
rijles te nemen. Hij was de rij-instructeur. Ja, het kan verkeren mensen.
(Verkeren, verkeer, auto, haha. Hm.) Nu wonen er andere mensen. Maar ik zie de
lange stoep van het hoekhuis en herinner me mijn gemok omdat ik die stoep
altijd moest vegen in het weekend. Ik kreeg er een tientje voor, maar ik vond
het, uiteraard, stom.
Aan de voorkant
was mijn slaapkamer. Met ramen zo dun dat de ijsbloemen 's winters op de
binnenkant van het glas stonden. Zielig hè. Voor mij. Wat een jeugd.
Daarna fietste ik
verder, nog verder terug in de tijd en zag links, vlakbij mijn lagere school, het huis van Ivo B.
Daar was ik vet
verliefd op. Hij had veel sproeten. Dat weet ik nog. Ik was 9 of 10.
Hij had een
bruin-goude crossfiets en het hoogtepunt van die dagen was als ik tussen zijn
armen op de stang mocht zitten.
Dat kwam, in die dagen,
close to paradise.
Even so, als hij
naar de kapper was geweest en er opeens heel anders uitzag, dan maakte ik het
altijd even uit. Zo was ik dan ook weer. Kom kom, het oog wil ook wat hè.
Aan de overkant
van Ivo woonde Doreen B. Die hadden een Groot Huis. Dertig jaar later krijg ik
nog steeds het schaamrood op de kaken als ik aan het Doreen-incidentje
denk.
Doreen had een
Groot Huis, zoals ik al zei. Met veel dingen en speelgoed en een schommel en
een speelzolder met een rekstok. Ik had zelf niet zoveel, arme donder die ik was, dus ik vond dat machtig mooi.
Het mooiste was
haar houten winkeltje. Met allemaal mini producten die er levensecht, maar dan
gekrompen uitzagen.
Ik was dol op mini
producten. Nog stééds! Die mini-spaaractie van de Albert Heijn een paar jaar
terug was echt kicken! Alles zo echt en klein! *kijkt enthousiast* Toch? Nahja.
Eitherway.
We speelden op haar zolder op een dag. En op een bepaald moment werd ik overmand door hebzucht en kán het zijn dat er zomaar één van die mini dingen in mijn broekzak viel. Prongeluk. Volgens mij was het de mini-Maggi. Ja! Can you blame me!? Er zat verdomme ook nog écht Maggi in hè! Jajajaja!
Misschien zat er ook zo'n geurgummetje plotseling in mijn broekzak. Ik weet het niet meer zeker.
Ik was mij zeer bewust van deze ongeoorloofde ongevraagde bruikleen maar om het feit te verdoezelen, ging ik niet meteen naar huis, dat zou echt té opvallend zijn, maar ik bleef nog even spelen.
Aan de rekstok hangen bijvoorbeeld! Dat deed ik. Ondersteboven hangend kletste ik er lustig op los tegen Doreen, om zo min mogelijk de indruk te wekken een stoute boef te zijn.
Maar ja. Gravitatie is a bitch mensen. Gij zult uw broekzakken niet vullen ende daarna ondersteboven gaan hangen. Neem dat maar van mij aan.
Mijn buit viel uit mijn zak op de grond.
Doreen keek er naar, pakte het op en legde het zwijgend terug waar het vandaan kwam.
Al het bloed stroomde naar mijn hoofd. But then again, ik hing nog steeds ondersteboven.
Ik ging vrij snel naar huis eigenlijk.Zonder Maggi. Wel met Magnie.(oh da's echt een waardeloze woordgrap, sorry.) Doreen zei er nooit meer wat over en ik natuurlijk ook niet. Het ging in de hele welkome doofpot en ik werd geen Piper Chapman.
Bij deze nog, Doreen; sorry!
Nah gut. Ik fietste dus naar de huisarts voor dat onderzoek. Ja, dat was ook heel tof.
Einde. Zoveel woorden, na zo'n lange tijd....het is me teveel. Dag.
*gemaakt enthousiasme