'Ik hoop eigenlijk echt niet dat de wereld morgen vergaat', verzuchtte Olivia vanavond in de keuken.
Ik stond net badend in het glazuur en met een verbeten smoel cakepops te maken voor de schoolkerstlunch -dus godsakke nee, ik hoopte het ook niet anders deed ik al dit werk voor niets- en dus kon ik zo snel ook even niets opbeurenders bedenken dan:
'Ach joh, maar dan hebben we het toch leuk gehad samen!?'
Verontwaardigd antwoordde ze dat ze dan nog geen 8 jaar bestaan had en dat was dus vet kort.
'Joh,' zei ik. 'Neem nou maar van je moedertje aan dat de wereld morgen niet vergaat.' Hopende dat hiermee de kous af was.
Was niet zo.
Ze ging me allerlei ingewikkelde vragen stellen over de Maya's en wie dat dan wel niet waren en hoe we dat dan allemaal wisten als die Mayadudes zelf niet eens meer bestonden!?
Ja, nou, dat wist ik ook allemaal niet hoor. En met m'n vingers vol met candymelt, was het lastig om even snel te wikipediaën.
En toen klaagde Tijl net óók nog dat ie niet dood wilde, maar hij bedoelde als ie heel oud was.
Dat kon ik gewoon afdoen met 'dat duurt nog 100 jaar, schatje'.
Ach lui. De wereld vergaat toch niet. En nu twijfel ik of ik een vraag-of uitroepteken achter die zin moet zetten. Want ik wil het natuurlijk niet jinxen, hè. Is het dadelijk mijn schuld!
Hoewel ik mijn rol in het universum wellicht eens moet herzien.
Maar als het toch, stel dat....hoe en wat enzo hè?
Daar had ik het gisteren met Von nog over op Twitter.
Zij dacht dat we er gewoon, floep, opeens niet meer waren. Alsof iemand het licht uitdoet in het heelal ofzo.
Ik denk wat rampenfilmeriger. Met meteorietinslagen en ontploffingen en verschuivingen en dat we daarna met z'n allen levend verbranden vanwege de torenhoge temperatuur op aarde.
En dan moeten we nog maar eens zien of John Cusack of Jake Gyllenhaal de held komen uithangen hè?!
Vast in geen velden of weggeslagen wegen te bekennen!
Nee, dat rennen we allemaal gillend en krijsend naar de Doomsday Preppers waar we op National Geographic al maanden honend naar kijken. 'Haha, och och, 1700 potten kikkererwten! Nee, dáár win je de intergalactische oorlog mee! HAHA!'
Rennen en vechten om een erwtje mee te kunnen pikken. Dát zouden we doen.
Ik niet. Laat me dan maar vergaan.
Erwten eten met een gasmasker op, ik weet het niet, het is gewoon niet zo'n aantrekkelijk idee.
Ik ga met het hele gezin in bed liggen, zoals die zielige mevrouw in Titanic met haar 2 kinderen, terwijl de kamer verlicht zou worden door brandende puinhopen en hopen dat het snel voorbij was.
Zo. Nou. Gezéllig hier! HAHA!
Nee. We vergaan niet.
Er breekt vast een nieuwe tijd aan. Vol hoop en glorie! Een uit het dal klimmende economie! Met free sushi for everyone!
Of hooguit een klimatologische verschuiving waardoor we in Nederland plots in een subtropisch klimaat leven! JA!
Beter is aan te nemen dat ik morgen m'n cakepops serveer in de hal van de school -dat ik die dingen überhaupt enigszins succesvol wist te maken zou op zích al een aardverschuiving teweeg kunnen brengen- tussen 100 uitgelaten bijnakerstvakantiekinderen en 's avonds op de bank naar The Voice Kids kijk.
En dat we zaterdagmorgen gewoon weer allemaal opstaan. In dezelfde stad en in hetzelfde continent.
En dat er ergens mensen zijn die de komende maanden elke avond erwtensoep eten.
Ja toch?!
Zeg ja.
20 december 2012
11 december 2012
De Plintenkapper enzo.
Mensen toch! Wat héb ik u verwaarloosd!
Maar bloggen is heel 2013. Las ik. Nergens.
Dus.
Ik ben ook zo vreselijk bezig met dingen. Maar als je me nu vraagt 'met wát dan, beste Susy?', nou, dan weet ik het eigenlijk niet.
Het enige dat ik uit kan brengen, is plinten leggen.
Ik leg plinten. Ik ben een plintenlegger. Ik kan dat. Ik kan zelfs plinten -in verstek- leggen.
Met een plintenknipper. Da's een vreselijk sexy apparaatje waar je stukken hout in hele geile wiskundige hoekjes mee kunt knippen. Als een soort kapper voor plinten, zeg maar.
Ik ben er nu na 79 m2 plintenranden best goed in geworden. Mijn moeder is er heel blij mee.
Althans. Dat denk ik. Want volgens mij durft ze na mijn gezwoeg en getier niet meer te zeggen dat er hier en daar een iets minder verstekkig plintje ligt.
Soit.
Verder gingen we ook naar de film.
We wilden naar Looper. Dat is zo'n film met in de toekomst en met een nu en een terug in de tijd en dat dat dan allemaal vreselijk verwarrend door elkaar loopt.
Heel erg Inception-Memento-Eternal Sunshine of the Spotlessmindlike.
Eigenlijk snap ik nooit geen zak van dat soort films en blijf ik non-stop vragen stellen gedurende de film.
'Is dit nu?' 'Kennen ze elkaar hier al?' 'Maar hij was toch dood?' 'In wiens droom zítten ze eigenlijk?'
En 'Ja maar! Is die tol nou gevallen??'
Zo eentje is Looper dus ook. Iemand moet in het verleden de zichzelf uit de toekomst vermoorden.
Serieus. De zín neertypen is al bijna niet te doen, maar desalniettemin, het leek me een goeie film.
Want toen we in de bioscoop kwamen, bleek ik een soort van niet helemaal goed gekeken te hebben hoe laat hij draaide en voor mijn echtgenoot het wist, zaten we per ongeluk bij Alles is Familie.
ALLES IS FAMILIE!! Ik zucht nu even.
Wat een lekker filmpje, lui.
En, en nu fluister ik even tegen de meisjeslezers, kennen jullie Benja Bruijning al?
[wenkbrauwen op en neer]
Ja, nee, maar echt, fijne film. Waar natuurlijk heel acterend Nederland in speelt.
Zélfs Wilbert Gieske, die natuurlijk Robert Alberts heet.
En als ik later groot ben, dan word ik Carice van Houten. Inclusief haar pruillipje met die kin enzo en de roomblanke dijen.
Maar goed. Ik lag wakker vannacht door een jongetje met groeipijn en toen bedacht ik me dat ik een logje moest schrijven, hoewel dit natuurlijk nergens op lijkt, maar daar ben ik nu eenmaal goed in en trouwens,
zijn jullie er eigenlijk nog wel?
En de kerstboom staat ook al.